15 juni 1966
Dirigent Herbert von Karajan laat de temperatuur hoog oplopen
Dirigent Herbert von Karajan liet in 1966 niet alleen de muziek, maar ook de temperatuur tot een hoogtepunt komen. Bezoeker Aad Peters was getuige van dit memorabele concert en weet inmiddels ook waarom de temperatuur zo hoog opliep.
"Mijn verloofde (thans mijn vrouw) was destijds bestuurslid van het Philharmonisch Koor Toonkunst Rotterdam, wat ons vrijkaarten voor dit prachtige concert van de Berliner Philharmoniker opleverde. We kregen plaatsen achter het podium, vlakbij het orgel. Vanuit daar hadden we goed zicht op het gelaat van de dirigent en de musici van het orkest. Naast mij zat Kees Stolwijk, dirigent van het Philharmonisch Koor Toonkunst. Hij gaf mij tijdens het concert toelichting over de bewegingen van Von Karajan. Ik hoor hem nog zeggen: ‘Je ziet allerlei bewegingen, maar alles heeft ook nog echt een betekenis!’
Het meest bijzondere wat ik die avond hoorde, was de uitvoering van het Divertimento voor orkest in Bes KV287 van Mozart. Deze uitvoering is mij altijd bijgebleven en heeft ervoor gezorgd dat ik vanaf dat moment een echte liefhebber van Mozart ben geworden.
Opvallend aan die avond was de hoog oplopende temperatuur in de zaal. Op dat moment vroeg ik me af wat daar toch de oorzaak van was. Pas veel later las ik de oorzaak terug in het boek Kroniek van vijfenzeventig jaar Rotterdams Philharmonisch Orkest. Daarin wordt het volgende vermeld: ‘De airconditioning vindt de maestro echter maar niets. Hoewel de installatie nauwelijks hoorbaar is, laat Von Karajan haar uitzetten omdat hij niet met een onderkoeld orkest wil spelen. Oplopende hitte en de bijkomende transpiratie van musici en publiek moet men als normale bijeffecten accepteren en werken sfeerverhogend.’
Ondanks de hoge temperaturen in de zaal was het horen en zien van dit concert een ware belevenis die in mijn geheugen gegrift staat."
Ook een verhaal? Stuur het ons!