18 mei 1966
Een peperduur plankje in de loge voor koningin Juliana
Duizend gulden is een hoop geld voor iets wat je maar één keer gebruikt. Toch kon onze opening in 1966 niet doorgaan zonder dat ene, peperdure houten plankje.
Het was mei 1966 en in de Doelen waren heel veel mensen dag in, dag uit in touw om alles op tijd af te krijgen voor de opening. Bouwvakkers, geluidstechnici, maar ook musici, gastvrouwen en cateraars. Iedereen werkte zich in het zweet om er een onvergetelijke happening van te maken. Middenin die hectiek werd een probleem geconstateerd. Koningin Juliana zou na de openingshandeling een bos bloemen uitgereikt krijgen door de tienjarige Francesca Knol, de kleindochter van Evert Kraaijvanger, een van de architecten van het Doelen-gebouw, dochter van Chris Knol, die ook bij Kraaijvanger in dienst was. Maar waar zou de koningin die bos laten, als ze zou gaan zitten in de Konklijke loge? Ze kon er onmogelijk al die tijd mee in haar handen staan! Architectenbureau Kraaijvanger werd gebeld. Er moest een plankje komen voor de bloemen van de koningin, en wel meteen.
Chris Knol kan het helaas niet navertellen, maar zijn vrouw Loes herinnert zich nog maar al te goed hoe haar man in allerijl een mooi, houten plankje moest zien te regelen voor de opening. "Het moest een beetje hoog hangen, zodat iedereen de bloemen kon zien. Dus dat plankje moest er ook nog netjes uitzien. Mijn man ging erop uit en heeft het geregeld, maar was verbolgen: de kosten voor het plankje en de bevestiging daarvan liepen op tot duizend gulden. Daar kon hij niet over uit."
Het plankje heeft zijn taak op de grote dag prima vervuld, maar is sindsdien nooit meer gebruikt. Wie in de Grote Zaal zit en rechts van het podium naar boven kijkt naar de tweede loge, kan het nog zien uitsteken.
Ook een verhaal? Stuur het ons!