01 januari 1966
Bloopers tijdens de bouw
Normaliter bouwde Goos Verbaas scheepsonderdelen, maar in 1966 werd de timmermanswerkplaats voor andere doeleinden gebruikt. De Rotterdamse Droogdok Maatschappij, waar hij werkte, kreeg de opdracht om onderdelen te maken voor het concertgebouw.
Zodoende ging Verbaas aan de slag met klankborden, richtingspanelen, deuren en houten kassa’s. De notenhouten panelen voor de kassa’s maakte hij in de werkplaats, net als de bakjes, de laadjes en de raampjes. Pas in de Doelen zette hij, samen met zijn collega’s, het meubel in elkaar. Dat bleek echter nog niet zo eenvoudig als gedacht.
"Technisch was het een ramp voor ons. In de kassa’s zaten draairuitjes van hard glas waar de dames achter zouden zitten, maar die raampjes zakten steeds naar beneden. Het ontwerp bleek niet te kloppen. We kregen deze raampjes aangeleverd met te grote gaatjes erin. De boutjes pasten daardoor niet. We probeerden van alles om de raampjes op hun plek te houden, maar dat is ons niet gelukt. Het is altijd een beetje rommelig gebleven."
Foto: de kassa met de notenhouten panelen in 1966
Ruit aan gruzelementen
Hij was niet de enige die tobde tijdens de bouw. Het plaatsen van een grote ruit in het pui bij de parkeergarage verliep ook niet op rolletjes. Als meneer Verbaas eraan terugdenkt schiet hij weer in de lach. "Wij waren bezig met de kassa’s en zagen dat een groep mannen een grote ruit ging plaatsen van wel vijf meter lang. Ze hadden een tribune opgebouwd en liepen met de ruit aan zuignappen stapje voor stapje omhoog. De kerel die de leiding had, gaf het teken om de ruit er in één keer in te zetten, maar de ruit was te groot en sprong aan diggelen. Overal lagen kleine stukjes glas. Je had het gezicht van die gasten moeten zien. Ik lag in een deuk!"
Alles wat Goos Verbaas heeft gemaakt voor de Doelen is inmiddels vervangen, behalve de loodzware deuren van de loge.
Ook een verhaal? Stuur het ons!